ECLI:NL:CRVB:2017:1682
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- N.J. van Vulpen-Grootjans
- J.J.T. van den Corput
- H. Benek
- Rechtspraak.nl
Strafontslag wegens toerekenbaar plichtsverzuim bij gemeente Spijkenisse
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam, waarin het beroep van appellant tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Spijkenisse (thans Nissewaard) ongegrond is verklaard. Appellant, werkzaam bij de gemeente sinds 1 maart 2001, kreeg een disciplinaire straf van ontslag opgelegd wegens ernstig plichtsverzuim. Dit plichtsverzuim bestond uit het niet functiegerelateerd raadplegen van de Basisregistratie Personen (BRP) en het niet correct registreren van verloren en gevonden voorwerpen. De Raad voor de Rechtspraak oordeelt dat de gedragingen van appellant terecht zijn gekwalificeerd als plichtsverzuim, gezien de ernst van de feiten en de eisen van integriteit en professionaliteit die aan gemeentemedewerkers worden gesteld.
De Raad stelt vast dat appellant zich niet aan de geldende procedures heeft gehouden en dat hij zich bewust was van de ontoelaatbaarheid van zijn gedrag. Ondanks zijn beroep op psychische klachten, oordeelt de Raad dat er geen bewijs is dat appellant niet in staat was om de ontoelaatbaarheid van zijn gedrag in te zien. De opgelegde straf van ontslag wordt niet onevenredig geacht in verhouding tot het gepleegde plichtsverzuim. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond.