Uitspraak
OVERWEGINGEN
a. een met goed gevolg afgeronde functiegerichte aangewezen opleiding op niveau 4;
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om de bevordering van een ambtenaar binnen de politie, die op 11 november 2013 is gestart met een opleiding op niveau 4. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de korpschef van politie geen grond heeft om de bevordering van de appellant eerder dan deze datum te laten ingaan. De appellant had eerder een aanvraag tot bevordering ingediend, maar deze werd niet in behandeling genomen omdat deze volgens de korpschef te laat was ingediend. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de aanvraag alsnog in behandeling moest worden genomen, wat de korpschef in hoger beroep aanvecht. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank, waarbij wordt gesteld dat de appellant tijdig zijn wens tot bevordering heeft geuit, ook al was de formele aanvraag te laat. De Raad oordeelt dat de korpschef de aanvraag had moeten behandelen en dat de ingangsdatum van de bevordering niet eerder kan zijn dan de startdatum van de opleiding. De Raad veroordeelt de korpschef in de proceskosten van de appellant.