ECLI:NL:CRVB:2017:1382
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J. Brand
- R.I. Troelstra
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatig verkregen bewijs in hoger beroep inzake studiefinanciering en woonadres
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 12 april 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De zaak betreft de toekenning van studiefinanciering aan betrokkene door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, die op basis van een onderzoek naar de woonsituatie van betrokkene een bestuurlijke boete heeft opgelegd. Het onderzoek, uitgevoerd door controleurs die niet bevoegd waren, leidde tot de conclusie dat betrokkene niet op het opgegeven adres woonde. De rechtbank heeft het bezwaar van betrokkene tegen de boete gegrond verklaard, omdat de Minister niet had aangetoond dat betrokkene niet woonachtig was op het adres in de gemeentelijke basisadministratie. De Minister ging in hoger beroep, maar de Raad oordeelde dat het bewijs dat door de onbevoegde controleurs was verzameld, onrechtmatig was verkregen en dus niet kon worden gebruikt. Hierdoor ontbrak een voldoende feitelijke grondslag voor het standpunt van de Minister. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en veroordeelde de Minister in de proceskosten van betrokkene, die zijn begroot op € 990,-. Tevens werd een griffierecht van € 497,- opgelegd aan de Minister.