ECLI:NL:CRVB:2017:1322
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van bevorderingsverzoek binnen de politie op basis van beoordelingscriteria
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan op het hoger beroep van een appellant die verzocht om bevordering naar de functie van senior GGP binnen de politie. De appellant beschikte niet over een beoordeling die boven de norm lag, wat een vereiste was voor de bevordering. De korpschef had het verzoek om bevordering afgewezen, omdat de beoordeling van de appellant als 'voldoende' was gekwalificeerd en niet als 'ruim voldoende'. De rechtbank had eerder het beroep van de appellant tegen deze afwijzing ongegrond verklaard.
De Raad heeft de processtukken en de beoordeling van de korpschef zorgvuldig bekeken. De appellant had in 2012 verzocht om bevordering, maar zijn functioneren was beoordeeld als voldoende over de periode van 2008 tot 2012. De leidinggevende had in de beoordeling aangegeven dat de appellant niet geschikt was voor doorstroming naar de hogere functie. De korpschef heeft de afwijzing van het bevorderingsverzoek gemotiveerd en de Raad oordeelt dat deze motivering voldoende is.
De Raad concludeert dat de korpschef de bevoegdheid heeft om te bepalen of de beoordeling als 'ruim voldoende' kan worden aangemerkt. De appellant heeft niet aangetoond dat de beoordeling niet op voldoende gronden berust. Daarom bevestigt de Raad de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep van de appellant ongegrond. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.