ECLI:NL:CRVB:2017:1240
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over de afkeuring van verantwoording van persoonsgebonden budget voor zorg onder de AWBZ
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Zilveren Kruis Zorgkantoor N.V. tegen een uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De rechtbank had eerder bepaald dat het aan betrokkene verleende persoonsgebonden budget (pgb) voor het jaar 2011 als geheel verantwoord moest worden beschouwd. Zilveren Kruis had de verantwoording van het pgb afgekeurd, omdat de kosten voor massage en spraak- en bewegingsoefeningen niet onder de AWBZ-zorg zouden vallen. Betrokkene stelde dat deze zorg noodzakelijk was voor haar herstel en dat de kosten dus wel uit het pgb betaald moesten worden.
De Centrale Raad van Beroep heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen. De Raad oordeelt dat de massage en de spraak- en bewegingsoefeningen niet gekwalificeerd kunnen worden als AWBZ-zorg. De Raad verwijst naar de relevante artikelen in de Regeling subsidies AWBZ en het Besluit zorgaanspraken. De Raad concludeert dat het Zorgkantoor de kosten voor deze zorg terecht niet ten laste van het pgb heeft gebracht.
De Raad vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep tegen het besluit van 6 september 2012 ongegrond. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee leden, en is openbaar uitgesproken op 29 maart 2017.