Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak;
- verklaart het beroep tegen het besluit van 26 november 2013 ongegrond.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 26 februari 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. De zaak betreft een verzoek van betrokkene om herziening van zijn WAO-uitkering, die was toegekend in verband met rugklachten. Betrokkene had in 1989 een WAO-uitkering ontvangen, die in 2010 was verhoogd. Na beëindiging van zijn WW-uitkering in 2009, heeft betrokkene in 2012 melding gemaakt van een verslechtering van zijn gezondheid door prostaatklachten. Het Uwv heeft echter geweigerd de WAO-uitkering te verhogen, omdat de toename van arbeidsongeschiktheid voortkwam uit een andere oorzaak dan waarvoor de uitkering was toegekend. De rechtbank heeft het beroep van betrokkene gegrond verklaard, maar het Uwv is in hoger beroep gegaan.
De Centrale Raad van Beroep heeft geoordeeld dat de rechtbank ten onrechte de brief van de uroloog als nieuw feit heeft aangemerkt, omdat deze gebaseerd was op laboratoriumuitslagen uit 2007. De Raad concludeert dat betrokkene niet in aanmerking komt voor een verhoging van zijn uitkering, omdat de toegenomen arbeidsongeschiktheid voortkomt uit een andere oorzaak dan waarvoor de uitkering is toegekend. De Raad vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep tegen het besluit van het Uwv ongegrond. De Raad benadrukt dat het verzoek van betrokkene terecht is afgewezen, omdat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn die aanleiding geven tot herziening van de WAO-uitkering.