ECLI:NL:CRVB:2016:5097
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.H.M. Roelofs
- Y.J. Klik
- R.P.Th. Elshoff
- Rechtspraak.nl
Herziening en terugvordering van bijstandsuitkering op basis van woonadres en inlichtingenverplichting
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant, waarin de herziening en terugvordering van bijstandsuitkering van appellante aan de orde is. Appellante ontving bijstand op basis van de Wet werk en bijstand (WWB) en stond ingeschreven op een adres waar haar zoon, [naam zoon], ook woonachtig was. Na een melding van mogelijke fraude heeft de Intergemeentelijke Sociale Dienst Cuijk, Grave en Mill (ISD) een onderzoek ingesteld naar de rechtmatigheid van de bijstand. Dit onderzoek leidde tot de conclusie dat de zoon van appellante feitelijk niet was verhuisd, maar nog steeds op het adres van appellante verbleef. Hierdoor had appellante recht op een lagere toeslag dan zij ontving, wat leidde tot de herziening van haar bijstand en een terugvordering van € 1.186,10. De rechtbank verklaarde het beroep van appellante ongegrond, waarna zij in hoger beroep ging. De Centrale Raad van Beroep bevestigde de uitspraak van de rechtbank, oordelend dat de onderzoeksbevindingen voldoende grondslag boden voor de herziening van de bijstand. De Raad oordeelde dat appellante haar inlichtingenverplichting had geschonden door niet te melden dat haar zoon op haar adres verbleef, en dat het college terecht een maatregel had opgelegd.