ECLI:NL:CRVB:2016:483

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
11 februari 2016
Publicatiedatum
15 februari 2016
Zaaknummer
15/749 AW
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Ambtenarenrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toekenning en overgang naar de LFNP-functie in het ambtenarenrecht

In deze zaak gaat het om de toekenning van en overgang naar de LFNP-functie voor een appellant die werkzaam is bij de politie. De Centrale Raad van Beroep behandelt het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland, die het beroep van de appellant tegen het besluit van de korpschef ongegrond had verklaard. De appellant was het niet eens met de wijze waarop zijn functie was omgezet naar de LFNP-functie en stelde dat de transponeringstabel niet als een algemeen verbindend voorschrift kon worden aangemerkt. De Raad oordeelt dat, hoewel de transponeringstabel niet als zodanig kan worden beschouwd, deze wel als basis voor besluitvorming kan dienen. De Raad concludeert dat de appellant niet heeft aangetoond dat de matching niet overeenkomstig de Regeling is geschied of dat het resultaat onhoudbaar is. Het beroep op de hardheidsclausule en het gelijkheidsbeginsel wordt eveneens verworpen, omdat de appellant niet heeft aangetoond dat er sprake is van gelijke gevallen. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond.

Uitspraak

15/749 AW
Datum uitspraak: 11 februari 2016
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van
23 december 2014, 14/3595 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] (appellant)
de korpschef van politie (korpschef)
PROCESVERLOOP
Namens appellant heeft mr. M. Scheggetman hoger beroep ingesteld.
De korpschef heeft een verweerschrift ingediend.
Appellant heeft nadere stukken ingediend, waarop de korpschef een reactie heeft gegeven.
Partijen hebben toestemming gegeven een onderzoek ter zitting achterwege te laten, waarna het onderzoek is gesloten.

OVERWEGINGEN

1.1.
In het Akkoord Arbeidsvoorwaarden sector Politie 2008-2010 is onder meer afgesproken dat voor de sector Politie landelijk een nieuw functiegebouw zal gaan gelden. Daartoe is een stelsel van (uiteindelijk) 92 functies met daarbij behorende functiebenamingen ontwikkeld, voorzien van een waardering per functie. Dit geheel wordt aangeduid als het Landelijk Functiegebouw Nederlandse Politie (LFNP) en is vastgelegd in de Regeling vaststelling LFNP (Stcrt. 2013, nr. 13079). Voor een uiteenzetting over de onderscheiden stappen in het kader van de invoering van het LFNP alsmede een weergave van de toepasselijke regelgeving verwijst de Raad naar zijn uitspraken van 1 juni 2015, ECLI:NL:CRVB:2015:1550 en ECLI:NL:CRVB:2015:1663.
1.2.
De uitgangspositie van appellant voor de omzetting naar het LFNP is vastgesteld op de functie van [functie 1] , salarisschaal 7.
1.3.
Op 16 december 2013 heeft de korpschef ten aanzien van appellant besloten tot toekenning van en overgang naar de LFNP-functie van [functie 2] , met als vakgebied [vakgebied] gewaardeerd in salarisschaal 7. Bij besluit van 30 april 2014 (bestreden besluit) is het daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.
2. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard. Daartoe heeft de rechtbank, kort samengevat en voor zover hier van belang, overwogen dat de transponeringstabel, behorende bij de Regeling overgang naar een LFNP functie, Stcrt. 2013, nr. 13141 (Regeling), als een algemeen verbindend voorschrift is te beschouwen en dat deze ten grondslag mocht worden gelegd aan de jegens appellant tot stand gebrachte besluitvorming. De rechtbank heeft voorts overwogen dat in hetgeen appellant heeft aangevoerd geen grond is te vinden voor toepassing van de hardheidsclausule.
3. Appellant heeft de juistheid van die uitspraak op de hierna te bespreken gronden bestreden.
4. De Raad komt tot de volgende beoordeling.
4.1.
Appellant heeft aangevoerd dat de rechtbank de transponeringstabel ten onrechte heeft aangemerkt als een algemeen verbindend voorschrift en dat deze niet als grondslag voor het bestreden besluit had mogen dienen. Ter zake wordt verwezen naar de onder 1.1 genoemde uitspraak van 1 juni 2015, ECLI:NL:CRVB:2015:1550. Het overwogene in die uitspraak in aanmerking genomen, stelt appellant op zichzelf beschouwd terecht dat de transponeringstabel het karakter van een algemeen verbindend voorschrift ontbeert, maar dat neemt niet weg dat de tabel als grondslag mag dienen voor besluitvorming als hier aan de orde, waarbij de korpschef in beginsel mag volstaan met een verwijzing daarnaar. Het is aan de betrokken politieambtenaar om aannemelijk te maken dat de matching niet overeenkomstig de Regeling is geschied of dat het resultaat van de matching anderszins onhoudbaar is te achten. In hetgeen appellant heeft aangevoerd ziet de Raad geen reden om daarover thans anders te oordelen. Deze beroepsgrond slaagt niet.
4.2.1.
Appellant heeft erop gewezen dat een van zijn naaste collega’s inmiddels een voorgenomen plaatsingsbesluit heeft ontvangen dat ertoe strekt dat hij zal worden herplaatst in de functie van Operationeel Specialist A, Vreemdelingen, salarisschaal 9. Volgens appellant verricht deze collega dezelfde werkzaamheden als appellant de laatste vier jaar heeft verricht.
4.2.2.
Dit betoog kan niet leiden tot het ermee beoogde doel. Uitgangspunt bij de matching is ingevolge artikel 3, vierde lid, van de Regeling, in verbinding met artikel 5, tweede en derde lid, van de Regeling, de inhoud van de schriftelijke, formele korpsfunctiebeschrijving zoals vastgelegd in de uitgangspositie. Voor zover appellant met zijn betoog heeft willen verwijzen naar zijn - van de formele korpsfunctie(beschrijving) afwijkende - feitelijke werkzaamheden en verantwoordelijkheden kan dit appellant niet baten (vergelijk de uitspraak van
19 november 2015, ECLI:NL:CRVB:2015:4162). Appellant heeft met zijn betoog niet aannemelijk gemaakt dat de matching in zijn geval niet overeenkomstig de Regeling is geschied of dat het resultaat van de matching anderszins onhoudbaar is te achten. Zoals volgt uit de meergenoemde uitspraak van 1 juni 2015 is de enkele stelling dat een andere uitkomst ook verdedigbaar zou zijn geweest niet voldoende.
4.3.
Het betoog van appellant dat zijn beroep op de hardheidsclausule als bedoeld in artikel 5, vierde lid, van de Regeling ten onrechte is verworpen, slaagt evenmin. Appellant heeft aangevoerd dat hij thans is gematcht in een functie die hij niet vervult, onderscheidenlijk nooit heeft vervuld. De korpschef heeft zich in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat de door appellant aldus naar voren gebrachte omstandigheden niet leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard en dat evenmin sprake is van een bijzondere situatie in de zin van deze bepaling. Naar aanleiding van het onder 4.2.1 weergegeven betoog tekent de Raad nog aan dat de positie van appellant in de op handen zijnde reorganisatie losstaat van de thans bestreden besluitvorming; deze positie kan bij de beoordeling of toepassing moet worden gegeven aan de hardheidsclausule geen rol spelen (vergelijk de uitspraak van de Raad van 3 december 2015, ECLI:NL:CRVB:2015:4344).
4.4.
Voor zover appellant met het onder 4.2.1 weergegeven betoog een beroep heeft willen doen op het gelijkheidsbeginsel, slaagt dit beroep niet. Appellant heeft niet aannemelijk gemaakt dat sprake is van, op de rechtens relevante aspecten, gelijke gevallen. De Raad onderschrijft hetgeen de korpschef in zijn schriftelijke reactie op de nadere stukken op dit punt naar voren heeft gebracht.
4.5.
Het hoger beroep slaagt niet en de aangevallen uitspraak komt voor bevestiging in aanmerking.
5. Voor een veroordeling in de proceskosten bestaat geen aanleiding.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de aangevallen uitspraak.
Deze uitspraak is gedaan door B.J. van de Griend, in tegenwoordigheid van P.W.J. Hospel als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 11 februari 2016.
(getekend) B.J. van de Griend
(getekend) P.W.J. Hospel

HD