ECLI:NL:CRVB:2016:4585
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om bevordering politieambtenaar wegens onvoldoende relevante werkervaring
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 24 november 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de afwijzing van een verzoek om bevordering van een politieambtenaar, appellant, door de korpschef van politie. Appellant, die sinds 30 januari 2006 als politieambtenaar is aangesteld en sinds januari 2012 werkzaam is als medewerker basispolitiezorg A, verzocht op 18 december 2012 om bevordering op basis van het loopbaanbeleid. De korpschef heeft dit verzoek afgewezen, omdat appellant niet voldeed aan de eis van drie jaar relevante werkervaring in de functie van BPZ A en er geen recente beoordeling boven de norm was. De rechtbank Gelderland heeft het beroep van appellant tegen deze afwijzing ongegrond verklaard.
In hoger beroep heeft appellant betoogd dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat de eis van drie jaar werkervaring als uitgangspunt mocht worden gehanteerd. De korpschef heeft in een voorwaardelijk incidenteel hoger beroep gesteld dat de rechtbank onterecht heeft geoordeeld over de beoordeling boven de norm. De Centrale Raad van Beroep heeft geoordeeld dat de korpschef in redelijkheid de eis van drie jaar werkervaring heeft kunnen hanteren en dat appellant ten tijde van zijn aanvraag niet over voldoende relevante werkervaring beschikte. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de afwijzing van het verzoek om bevordering standhoudt. Het hoger beroep van appellant slaagt niet, en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.