ECLI:NL:CRVB:2016:3176
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- K.J. Kraan
- Rechtspraak.nl
Verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake schadevergoeding wegens arbeidsongeschiktheid en zorgplicht
In deze zaak heeft verzoeker, die sinds 1 maart 2002 werkzaam was bij de gemeente Den Haag, verzocht om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad voor de Rechtspraak. Deze eerdere uitspraak, gedaan op 19 maart 2015, had betrekking op een verzoek om schadevergoeding wegens schending van de zorgplicht door het college van burgemeester en wethouders. Verzoeker had in de jaren 2009 en 2010 te maken gehad met agressie en was op 16 februari 2010 uitgegleden, wat leidde tot zijn arbeidsongeschiktheid. Het college had zijn verzoek om schadevergoeding afgewezen, wat door de rechtbank Den Haag in een eerdere uitspraak werd vernietigd. De Raad oordeelde echter dat het college correct had gehandeld en dat verzoeker geen recht had op schadevergoeding.
Verzoeker heeft zijn verzoek om herziening gebaseerd op de stelling dat de informatie die door zijn voormalige werkgever was ingediend niet op waarheid berustte. De Raad heeft echter geoordeeld dat de door verzoeker overgelegde informatie geen nieuwe feiten of omstandigheden bevatte die tot herziening konden leiden. De Raad benadrukte dat het bijzondere rechtsmiddel van herziening niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de zaak, maar om een uitspraak te corrigeren die is gebaseerd op onjuist gebleken feiten.
Uiteindelijk heeft de Centrale Raad van Beroep het verzoek om herziening afgewezen, waarbij werd vastgesteld dat verzoeker niet in staat was om nieuwe feiten aan te dragen die tot een andere uitspraak zouden hebben geleid. De uitspraak werd gedaan door K.J. Kraan, met A. Mansourova als griffier, en werd openbaar uitgesproken op 18 augustus 2016.