ECLI:NL:CRVB:2016:2008
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering van een persoonsgebonden budget (pgb) door het Zorgkantoor wegens gebrek aan oriëntatie op gecontracteerd zorgaanbod
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 25 mei 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Den Haag. Appellante had een aanvraag ingediend voor een persoonsgebonden budget (pgb) na een indicatie door het CIZ voor persoonlijke verzorging. Het Zorgkantoor heeft de aanvraag afgewezen omdat appellante zich niet had georiënteerd op het zorgaanbod dat door het Zorgkantoor was gecontracteerd. Tijdens een 'Bewust Keuze gesprek' werd vastgesteld dat appellante geen oriëntatie had plaatsgevonden op basis van zorg in natura. De rechtbank heeft het beroep van appellante tegen de afwijzing ongegrond verklaard, wat door de Centrale Raad werd bevestigd.
De Raad overwoog dat appellante in hoger beroep geen nieuwe gronden had aangevoerd die de eerdere beslissing konden ondermijnen. De verklaring van appellante dat zij contact had gehad met een zorgaanbieder werd niet als voldoende onderbouwd beschouwd. De Raad concludeerde dat het Zorgkantoor terecht het pgb had geweigerd en dat er geen aanleiding was voor schadevergoeding of een veroordeling in proceskosten. De uitspraak bevestigde de eerdere beslissing van de rechtbank en wees het verzoek om schadevergoeding af.