ECLI:NL:CRVB:2016:1802
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.H.M. Roelofs
- W.F. Claessens
- J.L. Boxum
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor kosten stoffering en gasfornuis door het college van burgemeester en wethouders van Schiedam
In deze zaak heeft appellante, na een verhuizing van de gemeente Roosendaal naar een andere gemeente, bijzondere bijstand aangevraagd voor de kosten van een gasfornuis en stoffering. De aanvraag werd door het college van burgemeester en wethouders van Schiedam afgewezen, omdat deze kosten volgens hen behoren tot de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan en in beginsel uit het inkomen of vermogen moeten worden betaald. Appellante heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar het college verklaarde het bezwaar ongegrond. De rechtbank Rotterdam heeft de uitspraak van het college bevestigd, waarbij werd gesteld dat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat er bijzondere omstandigheden waren die afwijking van de hoofdregel rechtvaardigden. Appellante heeft in hoger beroep herhaald dat zij onder het bestaansminimum leeft en dat er bijzondere omstandigheden zijn die haar noodzaak tot verhuizen onderbouwen, zoals medische en sociale redenen. De Centrale Raad van Beroep heeft echter geoordeeld dat de gronden van appellante in essentie een herhaling zijn van wat eerder is aangevoerd en dat er geen nieuwe feiten zijn die de eerdere beslissing ondermijnen. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het hoger beroep af.