Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen aanspraak voor zover aangevochten;
- wijst het verzoek tot veroordeling van het Uwv in de door appellant geleden schade af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland, waarin de rechtbank het bestreden besluit van het Uwv heeft vernietigd. Appellant, die sinds 2010 arbeidsongeschikt is, heeft een aanvraag ingediend voor een uitkering op grond van de Wet WIA. Het Uwv heeft vastgesteld dat appellant recht heeft op een loongerelateerde WGA-uitkering, maar heeft deze uitkering gekort op basis van het inkomen dat appellant kan verdienen met aangeboden passende arbeid. De rechtbank heeft geoordeeld dat de korting onterecht was, omdat het Uwv niet had aangetoond dat de aangeboden functie passend was. In hoger beroep heeft de Centrale Raad van Beroep de zaak opnieuw beoordeeld. De Raad concludeert dat de medische beoordeling van de verzekeringsarts juist is en dat de aangeboden functie op de afdeling inpak passend is voor appellant, ondanks zijn klachten. De Raad oordeelt dat appellant de aangeboden werkzaamheden niet heeft verricht en dat het Uwv terecht een maatregel heeft opgelegd. De rechtsgevolgen van het bestreden besluit blijven dan ook in stand. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank voor zover deze is aangevochten en wijst het verzoek tot schadevergoeding af.