ECLI:NL:CRVB:2015:593
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.M. van der Kade
- T.L. de Vries
- H.A.A.G. Vermeulen
- Rechtspraak.nl
Intrekking van toeslag wegens gebrek aan gegevens en onvoldoende inspanningen van de Sociale verzekeringsbank
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 27 februari 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage. De zaak betreft de intrekking van een toeslag aan appellant door de Sociale verzekeringsbank (Svb) over de periode van april tot en met december 2007. De Svb had de toeslag ingetrokken omdat het recht op toeslag niet kon worden vastgesteld door gebrek aan gegevens. In een tussenuitspraak van 2 mei 2014 had de Raad al overwogen dat de Svb ten onrechte geen inlichtingen had ingewonnen bij de (ex-) echtgenote van appellant en/of de Canadese autoriteiten, ondanks de bijzondere omstandigheden van het geval.
Appellant, die in het verleden hersenletsel heeft opgelopen, heeft een wantrouwige houding en heeft geen bewijs kunnen overleggen voor de inkomsten van zijn echtgenote in 2007. De enige aanwijzing voor het bestaan van deze inkomsten was de bewering van appellant zelf. De Svb had in 2010 en 2014 onvoldoende pogingen ondernomen om duidelijkheid te krijgen over de inkomsten van de echtgenote. De Raad concludeert dat de intrekking van de toeslag onterecht was, omdat de Svb niet voldoende heeft gedaan om de benodigde informatie te verkrijgen.
De Raad heeft het bestreden besluit van de Svb vernietigd, het beroep van appellant gegrond verklaard en het besluit van 19 maart 2012 herroepen. Tevens is de Svb veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van appellant en het griffierecht. Deze uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldige informatieverzameling door de Svb in situaties met bijzondere omstandigheden.