ECLI:NL:CRVB:2015:4635
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.P.M. Zeijen
- L. Koper
- R.P.T. Elshoff
- Rechtspraak.nl
Beëindiging WGA-loongerelateerde uitkering op basis van medische en arbeidskundige beoordeling
In deze zaak gaat het om de beëindiging van de WGA-loongerelateerde uitkering van appellant, die sinds 30 december 2008 een WGA-uitkering ontving op basis van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA). De uitkering werd per 30 december 2013 beëindigd door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv), omdat appellant minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. Appellant heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit werd ongegrond verklaard. De rechtbank Overijssel heeft het beroep van appellant tegen deze beslissing ongegrond verklaard, waarbij zij oordeelde dat het Uwv een zorgvuldig medisch onderzoek had uitgevoerd en dat er geen reden was om te twijfelen aan de medische beoordeling door de verzekeringsartsen.
In hoger beroep heeft appellant aangevoerd dat onvoldoende rekening is gehouden met zijn medische beperkingen, met name met betrekking tot zijn rechterduim. Hij heeft een rapport ingediend van verzekeringsarts drs. H. Donkers, waarin hij zijn beperkingen uiteenzet. De Centrale Raad van Beroep heeft echter geoordeeld dat de rechtbank terecht tot de conclusie is gekomen dat de medische beoordeling juist was. De Raad heeft de argumenten van appellant, waaronder zijn opleidingsniveau en de medische beperkingen, niet overtuigend geacht. De rechtbank had terecht vastgesteld dat het door appellant genoten onderwijs in Sri Lanka niet gelijkgesteld kon worden aan het Nederlandse basisonderwijs.
De Centrale Raad van Beroep heeft de aangevallen uitspraak van de rechtbank bevestigd, waarbij het hoger beroep van appellant niet slaagde. Er was geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten, en de uitspraak werd openbaar gedaan op 18 december 2015.