ECLI:NL:CRVB:2015:4617
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- K.J. Kraan
- J.J.A. Kooijman
- R.C. Stam
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van disciplinaire straf en examenfraude in het kader van politieopleiding
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 december 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beslissing van de rechtbank Noord-Nederland. De zaak betreft een disciplinaire straf opgelegd aan een politieambtenaar, die werd beschuldigd van examenfraude. De appellant, de korpschef van politie, had betrokkene een disciplinaire straf opgelegd wegens plichtsverzuim, omdat hij teksten zonder bronvermelding had overgenomen in een werkstuk dat onderdeel zou zijn van zijn examen. Betrokkene ontkende echter dat het werkstuk deel uitmaakte van het examenonderdeel en stelde dat hij niet had gelogen tijdens het verantwoordingsgesprek.
De rechtbank had het bestreden besluit van de korpschef vernietigd, maar de Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de rechtbank dit terecht had gedaan, zij het op onjuiste gronden. De Raad concludeerde dat er onvoldoende bewijs was voor de beschuldiging van examenfraude en dat de korpschef niet bevoegd was om een disciplinaire straf op te leggen. De Raad herroept het besluit van 11 december 2012 voor zover het de disciplinaire straf en de plaatsing in een andere functie betreft. De uitspraak bevestigt dat de gedragingen van betrokkene niet van zodanige ernst zijn dat een disciplinaire maatregel gerechtvaardigd is.
De Raad heeft ook de kosten van de procedure voor betrokkene toegewezen, en de uitspraak is openbaar uitgesproken. De uitspraak benadrukt het belang van bewijsvoering in disciplinaire procedures en de rechten van ambtenaren binnen het kader van hun beroepsuitoefening.