ECLI:NL:CRVB:2015:4338
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- C.W.J. Schoor
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake afwijzing WAO-uitkering en geschiktheid voorbeeldfuncties
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor een WAO-uitkering door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Appellant ontving sinds 1992 een WAO-uitkering, maar deze werd in 1994 ingetrokken. In 2013 meldde appellant een verslechtering van zijn gezondheid en vroeg hij opnieuw om een WAO-uitkering. Het Uwv wees deze aanvraag af, omdat appellant minder dan 15% arbeidsongeschikt werd geacht. Appellant ging in bezwaar, maar het Uwv handhaafde zijn besluit. De rechtbank verklaarde het beroep van appellant ongegrond, waarna hij in hoger beroep ging.
Tijdens de zitting voerde appellant aan dat de geselecteerde voorbeeldfuncties niet passend waren en dat de rechtbank ten onrechte het bestreden besluit niet had vernietigd. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de rapporten van de arbeidsdeskundige voldoende deugdelijk waren en dat de belasting in de voorbeeldfuncties de belastbaarheid van appellant niet overschreed. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan op 27 november 2015.