ECLI:NL:CRVB:2015:4320
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van besluit Zorgkantoor inzake persoonsgebonden budget en terugvordering
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 25 november 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een besluit van het Zorgkantoor Menzis. Appellante had bezwaar gemaakt tegen de terugvordering van een persoonsgebonden budget (pgb) dat haar was verleend voor de zorg in 2012. Het Zorgkantoor had vastgesteld dat appellante een bedrag van € 6.302,82 moest terugbetalen, omdat zij niet voldoende bewijs had geleverd voor de geleverde zorg. Appellante stelde dat zij de zorg correct had verantwoord en dat de belangenafweging van het Zorgkantoor niet juist was. De Raad oordeelde dat het Zorgkantoor onvoldoende rekening had gehouden met de overgelegde bewijsstukken, waaronder zorgovereenkomsten en facturen. De Raad vernietigde het bestreden besluit en stelde vast dat appellante een bedrag van € 3.600,89 te veel had ontvangen, dat zij moest terugbetalen. Tevens werd het Zorgkantoor veroordeeld in de proceskosten van appellante tot een bedrag van € 980,-. De uitspraak benadrukt het belang van een evenredige belangenafweging bij de beoordeling van pgb's en de verplichtingen van de verzekerde.