ECLI:NL:CRVB:2015:4312
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake overname betalingsverplichtingen en nabetaling uitkering WW
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen een uitspraak van de rechtbank Overijssel, waarin de rechtbank het beroep van appellante ongegrond verklaarde. Appellante, die in dienst was van een hotel dat failliet ging, had een aanvraag ingediend bij het Uwv voor de overname van de betalingsverplichtingen van haar werkgever. Het Uwv kende haar een recht op uitkering toe, maar appellante was het niet eens met de hoogte van de nabetaling die het Uwv had vastgesteld. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld en vastgesteld dat het Uwv de arbeidsomvang van appellante in de periode van 1 tot en met 27 januari 2012 had verhoogd, maar dat de hoogte van de nabetaling niet correct was vastgesteld. De Raad heeft het bestreden besluit van het Uwv vernietigd en bepaald dat appellante recht heeft op een nabetaling van € 660,61 bruto. Tevens is het Uwv veroordeeld in de proceskosten van appellante, die in totaal € 2.695,- bedragen. De uitspraak is gedaan op 18 november 2015.