ECLI:NL:CRVB:2015:3622
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- K.J. Kraan
- M.T. Boerlage
- D.A.C. Slump
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van voorwaardelijk strafontslag wegens plichtsverzuim van ambtenaar
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van een ambtenaar tegen de tenuitvoerlegging van een voorwaardelijk strafontslag door het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland. De appellant, die sinds 2002 in dienst was, was in 2012 voorwaardelijk ontslagen vanwege ernstig plichtsverzuim. Dit plichtsverzuim bestond uit het niet nakomen van werkafspraken, werkweigering en een agressieve houding. Het voorwaardelijk ontslag werd opgelegd met de voorwaarde dat het niet ten uitvoer zou worden gelegd als de appellant zich binnen twee jaar niet opnieuw schuldig maakte aan soortgelijk plichtsverzuim.
In 2013 heeft de appellant zich echter wederom schuldig gemaakt aan plichtsverzuim door niet te verschijnen op twee gesprekken die door zijn leidinggevende waren georganiseerd. Ondanks herhaalde verzoeken om aanwezig te zijn, heeft de appellant ervoor gekozen om niet op te komen dagen, wat leidde tot de tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk ontslag. De Raad voor de Rechtspraak oordeelt dat het college bevoegd was om het voorwaardelijk ontslag ten uitvoer te leggen, gezien de herhaalde overtredingen van de appellant.
De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank, die het beroep van de appellant ongegrond had verklaard. De Raad benadrukt dat de appellant niet heeft aangetoond dat er bijzondere omstandigheden waren die het college zouden hebben moeten weerhouden van het gebruik van zijn bevoegdheid om het ontslag ten uitvoer te leggen. De beslissing van de rechtbank wordt dan ook bevestigd, en er zijn geen gronden voor een veroordeling in de proceskosten.