ECLI:NL:CRVB:2015:3336
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beperkte kennisneming van stukken in hoger beroep inzake ontslag ambtenaar
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 1 oktober 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Oost-Brabant. De appellant, een hoofdagent basispolitiezorg, was ontslagen wegens onbekwaamheid of ongeschiktheid voor zijn functie. De korpschef van politie had het verzoek van de appellant om gebruik te maken van zijn terugkeergarantie afgewezen. De rechtbank had het beroep van de appellant ongegrond verklaard, waarbij zij zich baseerde op nieuwe feiten en omstandigheden die de korpschef niet meer aan zijn toezegging bindend maakten. De appellant had toestemming gegeven voor beperkte kennisneming van bepaalde stukken, die de rechtbank als vertrouwelijk had aangemerkt.
In hoger beroep heeft de korpschef opnieuw verzocht om beperkte kennisneming van deze stukken, met het argument dat openbaarmaking de (toekomstige) strafrechtelijke onderzoeken zou kunnen belemmeren. De Raad heeft de argumenten van de korpschef in overweging genomen en geconcludeerd dat voor een deel van de stukken de beperking van kennisneming gerechtvaardigd is. Dit betreft specifieke paginanummers en delen van de aanbiedingsbrief en fax die vertrouwelijke informatie bevatten. Voor andere stukken was er echter geen gewichtige reden voor beperkte kennisneming, en deze zullen teruggezonden worden naar de korpschef voor heroverweging.
De Raad benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging tussen de belangen van de appellant en de noodzaak om bepaalde gegevens vertrouwelijk te houden. De beslissing van de Raad bevestigt dat de beperkte kennisneming van een deel van de stukken gerechtvaardigd is, en dat de korpschef de mogelijkheid heeft om de stukken opnieuw in te dienen voor verdere beoordeling.