ECLI:NL:CRVB:2015:2992
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Samenloop ziekteverlof en vakantieverlof en de gevolgen voor ambtenaren
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 3 september 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de samenloop van ziekteverlof en vakantieverlof voor ambtenaren. De zaak betreft een geschil tussen de korpschef van politie (appellant) en een ambtenaar (betrokkene) die gedeeltelijk arbeidsongeschikt was van 20 maart 2012 tot 20 juni 2013. De appellant had het vakantieverlof van betrokkene over 2012 met 21,6 uren gekort vanwege haar arbeidsongeschiktheid. De rechtbank had het bestreden besluit van de appellant in zijn geheel vernietigd, maar de Raad oordeelde dat dit onterecht was, aangezien de korting van het vakantieverlof niet in geschil was.
De Raad oordeelde dat de brief van 17 januari 2012, waarin de 'Beleidsregel ziekte en afwezigheidsvormen' werd besproken, geen beleidsregel in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is, maar slechts een informatieve mededeling. De Raad bevestigde dat het mogelijk is om vakantieverlof af te boeken dat is genoten tijdens ziekteverlof, ongeacht of er sprake is van volledige of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid. De rechtbank had ten onrechte geoordeeld dat de appellant gebonden was aan de beleidsregel, en de Raad vernietigde de uitspraak van de rechtbank voor zover deze betrekking had op de korting van het vakantieverlof.
De Raad droeg de appellant op om een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen met inachtneming van de uitspraak, en bepaalde dat een eventueel beroep tegen deze nieuwe beslissing slechts bij de Raad kan worden ingesteld. De uitspraak benadrukt de noodzaak van duidelijkheid in de rechtspositie van ambtenaren met betrekking tot ziekteverlof en vakantieverlof.