Uitspraak
OVERWEGINGEN
6. Er is aanleiding het Uwv te veroordelen in de kosten van appellante, waarbij geen aanknopingspunten worden gevonden om de zwaarte van de zaak als meer dan gemiddeld te beoordelen. De kosten van rechtsbijstand worden in beroep begroot op € 490,-. In hoger beroep worden deze kosten begroot op € 980,-. De reiskosten die appellante heeft moeten maken aan bezoeken van deskundigenonderzoeken en voor het bijwonen van de zittingen worden vergoed op basis van openbaar vervoer 2e klas, totaal begroot op € 294,80.
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak;
- verklaart het beroep tegen het besluit van 12 oktober 2009 gegrond en vernietigt dat besluit;
- veroordeelt het Uwv tot vergoeding aan appellante van de wettelijke rente zoals in overweging 4.1 van deze uitspraak is vermeld;
- veroordeelt de Staat tot betaling aan appellante van een vergoeding van schade wegens overschrijding van de redelijke termijn tot een bedrag van € 2.000,-;
- veroordeelt het Uwv in de proceskosten van appellante in beroep en hoger beroep tot een bedrag van in totaal € 1.764,80.
- bepaalt dat het Uwv aan appellante het in beroep en hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal € 156,- vergoedt.