ECLI:NL:CRVB:2015:2445
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- K.J. Kraan
- W.J.A.M. van Brussel
- L.J.A. Damen
- Rechtspraak.nl
Besluitvorming omtrent re-integratiegelden na ontslag en rechtsmiddelen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 23 juli 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. Appellante, die per 1 januari 2000 ontslag had gekregen van de gemeente Buren, had een verzoek ingediend om terug te komen van een besluit van 11 augustus 2010. Dit besluit hield in dat appellante niets meer van de gemeente te vorderen had in het kader van de ontslagregeling. Appellante had geen rechtsmiddelen aangewend tegen dit besluit, waardoor het in rechte vaststond dat de gemeente haar niets meer verschuldigd was uit de re-integratiegelden.
De Raad oordeelde dat de brief van 11 augustus 2010 als een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) moet worden aangemerkt. De rechtbank had zich ten onrechte onbevoegd verklaard om kennis te nemen van het beroep van appellante tegen het uitblijven van een beslissing op haar verzoek. De Raad vernietigde de aangevallen uitspraak en oordeelde dat het beroep van appellante tegen het niet tijdig nemen van een besluit niet-ontvankelijk was, maar dat het beroep tegen het besluit van 7 januari 2013 ongegrond was.
De Raad concludeerde dat appellante geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden had aangedragen die een heroverweging van het besluit rechtvaardigden. Het verzoek van appellante werd afgewezen, en de Raad bepaalde dat het college aan appellante het in hoger beroep betaalde griffierecht diende te vergoeden.