ECLI:NL:CRVB:2015:244
Centrale Raad van Beroep
- Eerste en enige aanleg
- R. Kooper
- B.J. van de Griend
- D.A.C. Slump
- Rechtspraak.nl
Weigering van Wubo-uitkering wegens gebrek aan blijvende psychische invaliditeit
In deze zaak heeft appellante, geboren in 1940 in het voormalige Nederlands-Indië, een beroep ingesteld tegen de weigering van de Pensioen- en Uitkeringsraad om haar een uitkering op grond van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945 (Wubo) toe te kennen. De aanvraag werd afgewezen op basis van het oordeel dat appellante geen blijvende psychische invaliditeit vertoonde volgens de criteria van de Wubo. De Raad voor de Rechtspraak heeft de zaak behandeld en vastgesteld dat appellante niet in minstens twee van de vier AMA-rubrieken beperkingen vertoonde. De Raad heeft de adviezen van de geneeskundig adviseurs R.J. Roelofs en A.J. Maas in overweging genomen, die concludeerden dat de psychische klachten van appellante niet leidden tot blijvende invaliditeit. De Raad oordeelde dat de door appellante aangevoerde klachten, waaronder slaapproblemen en angst, niet voldoende waren om te concluderen dat er sprake was van blijvende invaliditeit in de zin van de Wubo. Daarnaast werd het verzoek om schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn afgewezen, omdat de totale behandelduur van de procedure niet langer was dan de toegestane termijn, rekening houdend met de tijd die appellante had genomen om een medisch onderzoek te overwegen. De Raad verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om schadevergoeding af.