ECLI:NL:CRVB:2015:175
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.H.M. Roelofs
- J.C.F. Talman
- Y.J. Klik
- Rechtspraak.nl
Intrekking van bijstandsuitkering op basis van niet-nakoming van verplichtingen onder de WWB
In deze zaak gaat het om de intrekking van de bijstandsuitkering van appellant, geboren in 1989, die sinds 9 oktober 2012 bijstand ontving op basis van de Wet werk en bijstand (WWB). De Centrale Raad van Beroep heeft geoordeeld dat appellant niet heeft voldaan aan zijn verplichtingen zoals vastgelegd in artikel 9, eerste lid, van de WWB. Appellant was verplicht om deel te nemen aan een re-integratietraject en afspraken met de Dienst Werk en Inkomen (DWI) na te komen. Echter, appellant is herhaaldelijk zonder bericht niet verschenen op afspraken en heeft onvoldoende medewerking verleend aan het traject. Ondanks zijn ziekmeldingen en klachten, heeft hij geen medische verklaring overlegd die zijn afwezigheid kon rechtvaardigen.
Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam heeft appellant op 12 juli 2013 de bijstand ingetrokken, wat door de rechtbank werd bevestigd. In hoger beroep heeft de Raad de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigd. De Raad concludeert dat appellant ondubbelzinnig heeft laten zien niet te willen voldoen aan zijn verplichtingen, wat leidt tot de conclusie dat het college terecht de bijstand heeft ingetrokken. De Raad heeft ook opgemerkt dat er geen ruimte is voor een belangenafweging in verband met de financiële situatie van appellant, gezien de strikte voorwaarden voor jongeren onder de 27 jaar.
De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep is gedaan op 27 januari 2015, waarbij de Raad de eerdere beslissing van de rechtbank heeft bevestigd en geen aanleiding heeft gezien voor een veroordeling in de proceskosten.