ECLI:NL:CRVB:2015:1579
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.E. Bakker
- G. van Zeben-de Vries
- C.J. Borman
- Rechtspraak.nl
Terugvordering onverschuldigd betaalde WAZ-uitkering wegens schending inlichtingenplicht en inkomsten uit hennepkwekerij
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 8 mei 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland. De appellant, die een WAZ-uitkering ontving, had verzuimd om zijn werkzaamheden en de daaruit voortvloeiende inkomsten uit een hennepkwekerij te melden aan het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Dit leidde tot een terugvordering van onverschuldigd betaalde uitkering door het Uwv. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de appellant zijn inlichtingenplicht had geschonden, waardoor het Uwv gerechtigd was om de inkomsten te schatten. De appellant betwistte in hoger beroep de schatting van de inkomsten en stelde dat hij geen wederrechtelijk voordeel had genoten. De Raad oordeelde dat de rechtbank terecht had overwogen dat de appellant niet had aangetoond dat hij geen inkomsten had genoten uit de hennepkwekerij. De Raad bevestigde dat de bestuursrechter niet gebonden is aan het oordeel van de strafrechter, en dat de appellant geen dringende redenen had aangevoerd om van terugvordering af te zien. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.