ECLI:NL:CRVB:2014:678
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- H.J. de Mooij
- A.J. Schaap
- G. van Zeben-de Vries
- Rechtspraak.nl
Beëindiging aanspraak op zorg op grond van de AWBZ
In deze zaak gaat het om de beëindiging van de aanspraak op zorg op grond van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) voor appellant. Appellant had eerder een persoonsgebonden budget voor persoonlijke verzorging en tijdelijk verblijf toegekend gekregen, maar deze aanspraak werd door de Stichting Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) beëindigd. De Centrale Raad van Beroep behandelt het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank 's-Hertogenbosch, die het beroep van appellant ongegrond had verklaard. De rechtbank oordeelde dat CIZ zich kon baseren op een medisch advies waaruit bleek dat er geen psychiatrische aandoening was die recht gaf op AWBZ-zorg. Appellant heeft in hoger beroep herhaald dat hij recht had op zorg, maar de Raad concludeert dat de rechtbank de gronden van appellant afdoende heeft besproken en gemotiveerd waarom deze niet slagen. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat er geen nieuwe medische informatie is overgelegd die de conclusie van CIZ zou kunnen ondermijnen. De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep bevestigt de eerdere beslissing van de rechtbank, en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.