ECLI:NL:CRVB:2014:508
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de uitsluiting van de Anw-Plusverzekering bij de berekening van het WW-dagloon
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 19 februari 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Dordrecht. De appellant, die een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW) ontving, was in hoger beroep gegaan tegen de beslissing van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) om de premie van de Anw-Plusverzekering buiten de berekening van zijn dagloon te laten. De appellant had zijn arbeidsovereenkomst met zijn werkgever beëindigd en was met ingang van 4 oktober 2011 in aanmerking gebracht voor een WW-uitkering, gebaseerd op een dagloon van € 146,86.
Het Uwv had in een eerder besluit het bezwaar van de appellant tegen de berekening van zijn dagloon ongegrond verklaard, waarbij het Uwv stelde dat de premie voor de Anw-Plusverzekering niet tot het loon gerekend kon worden, omdat deze premie ten behoeve van een pensioenregeling was. De rechtbank had dit standpunt van het Uwv gevolgd en het beroep van de appellant ongegrond verklaard.
In hoger beroep heeft de appellant betoogd dat de premie van de Anw-Plusverzekering, die door zijn ex-werkgever op zijn loon was ingehouden, wel tot het loon gerekend moest worden. De Raad heeft echter geoordeeld dat de premie inderdaad niet tot het loon behoort, omdat deze valt onder de bepalingen van de Wet op de loonbelasting 1964, die stelt dat bedragen die worden ingehouden als bijdrage voor een pensioenregeling niet tot het loon behoren.
De Raad heeft de uitspraak van de rechtbank bevestigd en geoordeeld dat het Uwv de premie van de Anw-Plusverzekering terecht buiten de berekening van het dagloon heeft gelaten. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, met H.G. Rottier als voorzitter, en is openbaar uitgesproken. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, en partijen kunnen binnen zes weken na verzending van de uitspraak beroep in cassatie instellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.