ECLI:NL:CRVB:2014:4078
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Intrekking erkenning jobcoachorganisatie wegens onjuiste informatie en onterecht gedeclareerde uren
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 3 december 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de intrekking van de erkenning van [B.V.] als jobcoachorganisatie door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). De intrekking vond plaats omdat [B.V.] onjuiste informatie had verstrekt en gedurende een lange periode te veel uren had gedeclareerd die niet konden worden verantwoord. Het Uwv concludeerde dat [B.V.] niet meer voldeed aan de voorwaarden van de Erkenningsregeling voor jobcoachorganisaties. De rechtbank Rotterdam had eerder het beroep van [B.V.] tegen het besluit van het Uwv ongegrond verklaard, wat leidde tot het hoger beroep.
De Centrale Raad van Beroep bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat het Uwv in redelijkheid gebruik had kunnen maken van zijn bevoegdheid om de erkenning van [B.V.] in te trekken. De Raad oordeelde dat de intrekking niet in strijd was met artikel 3:4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), aangezien er voldoende onregelmatigheden waren vastgesteld in de declaraties van [B.V.]. De Raad verwierp ook de stelling van [B.V.] dat de werkwijze door het Uwv werd getolereerd en dat de intrekking onevenredig bezwarend was.
De uitspraak benadrukt het belang van transparantie en verantwoording in de uitvoering van jobcoachvoorzieningen en bevestigt dat het Uwv de bevoegdheid heeft om erkenningen in te trekken wanneer niet aan de gestelde eisen wordt voldaan. De beslissing van de Centrale Raad van Beroep is definitief en er zijn geen proceskosten aan de orde gesteld.