ECLI:NL:CRVB:2014:3908
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M. Greebe
- J.J.T. van den Corput
- W. van den Brink
- Rechtspraak.nl
Weigering WIA-uitkering op basis van arbeidsongeschiktheid en medisch onderzoek
In deze zaak gaat het om de weigering van een WIA-uitkering aan appellant, die minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. Appellant, die als heftruckchauffeur werkte, diende op 14 april 2011 een aanvraag in voor een WIA-uitkering na uitval door rugklachten. Het Uwv weigerde de uitkering op basis van een medisch onderzoek en een berekening van het verlies aan verdienvermogen van 27,64%. De rechtbank Rotterdam verklaarde het beroep tegen deze beslissing ongegrond, waarna appellant in hoger beroep ging.
De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat het medisch onderzoek door de verzekeringsartsen van het Uwv niet onzorgvuldig was. De Raad concludeerde dat er voldoende informatie beschikbaar was om de medische beperkingen van appellant vast te stellen zonder aanvullende informatie van de behandelend sector op te vragen. Appellant stelde dat het Uwv ten onrechte geen informatie had ingewonnen bij zijn huisarts en behandelend psychiater, en dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep hem niet had onderzocht.
De Raad oordeelde dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat de bevindingen van de verzekeringsarts bezwaar en beroep juist waren. De Raad vernietigde echter het besluit van het Uwv omdat de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep niet adequaat had gemotiveerd waarom bepaalde functies geschikt waren voor appellant. De rechtsgevolgen van het vernietigde besluit blijven echter in stand. Tevens werd het Uwv veroordeeld tot het vergoeden van de kosten van appellant, die in totaal € 2.949,30 bedragen, inclusief griffierechten.