ECLI:NL:CRVB:2014:3739
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de plaatsing van een functie in functieboek 1b binnen een reorganisatie
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Limburg, waarin het beroep van appellant tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Weert ongegrond werd verklaard. Appellant was negen jaar werkzaam in de functie van [naam functie A] en werd geconfronteerd met een reorganisatie, waarvoor het Sociaal Plan Flow 2011-2014 was opgesteld. Dit plan leidde tot de oprichting van twee functieboeken, waarbij functieboek 1 de leidinggevende en aansturende functies bevatte. Het college had besloten om de functie van appellant in functieboek 1b te plaatsen, wat appellant betwistte in hoger beroep.
Appellant stelde dat zijn functie ten onrechte als gewijzigd of nieuw was aangemerkt, aangezien er volgens hem geen substantiële wijziging in de werkzaamheden had plaatsgevonden. Hij voerde aan dat de plaatsingsprocedure niet correct was uitgevoerd en dat er ernstige bezwaren waren tegen de besluitvorming rondom het sociaal plan en het functieboek. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de plaatsing van de functie in functieboek 1b gerechtvaardigd was, gezien het aansturende karakter van de functie en de relevante bepalingen in het sociaal plan. De Raad benadrukte dat de gemeente een grote mate van vrijheid heeft in het inrichten van haar organisatie en dat de keuze van het college om de functie in functieboek 1b te plaatsen, niet onredelijk was.
De Raad concludeerde dat er geen aanknopingspunten waren voor de stelling van appellant dat de onderbrenging van zijn functie in functieboek 1b onhoudbaar was. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.