ECLI:NL:CRVB:2014:3154
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- D.J. van der Vos
- J.S. van der Kolk
- J.J.T. van den Corput
- Rechtspraak.nl
Herziening van WAO-uitkering en beoordeling van medische belastbaarheid
In deze zaak gaat het om de herziening van de WAO-uitkering van appellant, die sinds 1988 een uitkering ontvangt vanwege arbeidsongeschiktheid door hoofdpijnklachten en geestelijke problemen. De Centrale Raad van Beroep behandelt het hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad, die de herziening van de uitkering door het Uwv had vernietigd. De Raad oordeelt dat het deskundigenrapport van prof. dr. G.F. Koerselman, dat op verzoek van de Raad is opgesteld, blijk geeft van een zorgvuldig onderzoek. Koerselman concludeert dat er geen aanwijzingen zijn dat de psychiatrische toestand van appellant op de datum in geding wezenlijk anders of ernstiger was dan tijdens zijn onderzoek in 2013. De Raad volgt de conclusies van Koerselman en oordeelt dat de voor appellant geldende belastbaarheid per 22 december 2008 niet onjuist is. De arbeidsdeskundige heeft voldoende inzichtelijk gemaakt dat de belasting van de functies in overeenstemming is met de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML). De Raad bevestigt de aangevallen uitspraak en verklaart het hoger beroep van appellant ongegrond. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.