ECLI:NL:CRVB:2014:2922
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R. Kooper
- C.H. Bangma
- W.J.A.M. van Brussel
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van eerdere uitspraak en afwijzing verzoek om schadevergoeding in bestuursrechtelijke zaak
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 4 september 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Maastricht. De zaak betreft een verzoek van de Staatssecretaris van Financiën om een bijzondere beloning voor een ambtenaar, die eerder was afgewezen. De Raad heeft in een tussenuitspraak van 27 maart 2014 (ECLI:NL:CRVB:2014:1034) de Staatssecretaris opgedragen het besluit van 28 november 2012 te herstellen. In het nieuwe besluit van 1 mei 2014 is de bijzondere beloning voor het jaar 2009 alsnog toegekend aan de betrokkene, wat leidde tot een schikking tussen partijen.
De betrokkene heeft echter ook een verzoek ingediend om vergoeding van immateriële schade, waarbij hij stelde dat hij door de gang van zaken ernstige geestelijke schade had opgelopen. De Raad oordeelde dat de betrokkene niet had aangetoond dat er sprake was van geestelijk letsel dat recht gaf op schadevergoeding. De Raad verwees naar eerdere rechtspraak waarin werd gesteld dat psychisch onbehagen niet voldoende is voor een schadevergoeding.
Daarnaast werd het verzoek om schadevergoeding voor proceskosten afgewezen, omdat dergelijke kosten alleen vergoed kunnen worden op basis van specifieke wettelijke bepalingen. De Raad heeft de eerdere uitspraak bevestigd en de verzoeken van de betrokkene afgewezen, met uitzondering van een veroordeling van de Staatssecretaris in de proceskosten van de betrokkene tot een bedrag van € 49,22. De uitspraak werd openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.