Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot schadevergoeding af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 16 juli 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep over de afwijzing van een verzoek van appellante om een beoordeling van haar arbeidsongeschiktheid per 12 februari 2007. Appellante had eerder een WAO-uitkering ontvangen, maar het Uwv had haar verzoek om een nieuwe beoordeling afgewezen, omdat er geen nieuwe feiten of veranderde omstandigheden waren gepresenteerd. De rechtbank Rotterdam had het beroep van appellante tegen deze afwijzing ongegrond verklaard, wat leidde tot het hoger beroep bij de Centrale Raad.
De Raad oordeelde dat de rechtbank het juiste toetsingskader had gehanteerd en dat het Uwv terecht had geoordeeld dat er geen nieuwe feiten waren die een herbeoordeling van de arbeidsongeschiktheid per 12 februari 2007 rechtvaardigden. De Raad bevestigde dat de eerdere besluiten van het Uwv, die betrekking hadden op de periode van 13 maart 2005 tot 8 april 2008, voldoende waren om de afwijzing van het verzoek te onderbouwen. Appellante had geen nieuwe argumenten aangedragen die de eerdere besluiten konden weerleggen.
De Centrale Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en bevestigde de uitspraak van de rechtbank. Tevens werd het verzoek om schadevergoeding afgewezen, omdat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd gedaan door J.J.T. van den Corput, in tegenwoordigheid van griffier I.J. Penning, en werd openbaar uitgesproken op 16 juli 2014.