ECLI:NL:CRVB:2014:2639
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.H.M. Roelofs
- F. Hoogendijk
- C.H. Rombouts
- Rechtspraak.nl
Bijzondere bijstand voor aanschaf computer en buitenwettelijk begunstigend beleid
In deze zaak gaat het om de toekenning van bijzondere bijstand voor de aanschaf van een computer door betrokkene, die sinds 23 juli 2009 bijstand ontvangt op basis van de Wet werk en bijstand (WWB). Betrokkene had op 9 juli 2012 bijzondere bijstand aangevraagd voor de kosten van een computer, omdat haar dochter voor haar opleiding een computer nodig had. De aanvraag werd aanvankelijk buiten behandeling gesteld, maar na bezwaar werd deze alsnog in behandeling genomen. Uiteindelijk werd de aanvraag afgewezen op basis van het argument dat betrokkene in de thuissituatie over een geleende computer beschikte.
De rechtbank Noord-Nederland verklaarde het beroep van betrokkene tegen de afwijzing gegrond en vernietigde het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Oldambt. Het college ging in hoger beroep tegen deze uitspraak. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de aanwezigheid van een geleende computer niet volstaat om te concluderen dat er geen bijzondere bijstand nodig is. De Raad stelde vast dat de dochter van betrokkene een computer nodig had voor haar opleiding en dat de aanvraag voor bijzondere bijstand dus terecht was gedaan.
De Raad concludeerde dat de besluitvorming van het college niet in overeenstemming was met het gevoerde beleid en dat betrokkene recht had op de gevraagde bijzondere bijstand. De Raad herroept het eerdere besluit van 5 november 2012 en kent aan betrokkene een bedrag van € 600,- toe voor de aanschaf van een computer. Het verzoek van betrokkene om schadevergoeding en proceskosten werd afgewezen, omdat deze niet voldoende onderbouwd waren. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer van de Centrale Raad van Beroep op 5 augustus 2014.