ECLI:NL:CRVB:2014:2459
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.F. Bandringa
- Y.J. Klik
- F. Hoogendijk
- Rechtspraak.nl
Afwijzing bijstandsaanvraag en beoordeling bijstandsbehoevendheid
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 22 juli 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Utrecht. De appellant, die sinds 18 april 2005 bijstand ontving op basis van de Wet werk en bijstand (WWB), had zijn bijstandsaanvraag opnieuw ingediend na eerdere afwijzingen. Het college van burgemeester en wethouders van Utrecht had de aanvraag afgewezen, omdat appellant niet aannemelijk had gemaakt dat hij in bijstandbehoevende omstandigheden verkeerde. De Raad oordeelde dat het college terecht had gesteld dat er nieuwe feiten en veranderde omstandigheden waren, maar dat de eerdere afwijzing van de bijstandsaanvraag niet terecht was. De Raad vernietigde de aangevallen uitspraak en het bestreden besluit, omdat appellant niet voldoende had aangetoond dat hij in zijn levensonderhoud had voorzien door te bedelen of door leningen van familie en vrienden. De Raad concludeerde dat appellant niet aannemelijk had gemaakt dat hij in de te beoordelen periode in bijstandbehoevende omstandigheden verkeerde, en verklaarde het beroep tegen het besluit van 10 juni 2013 ongegrond. Tevens werd het college veroordeeld in de proceskosten van appellant tot een bedrag van € 1.948,-.