ECLI:NL:CRVB:2014:229
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.J.T. van den Corput
- A.I. van der Kris
- D.J. van der Vos
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over intrekking loonaanvullingsuitkering wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid en ADHD-onderzoek
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 29 januari 2014 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellante tegen de intrekking van haar loonaanvullingsuitkering door het Uwv. Appellante ontving sinds 20 juli 2009 een loongerelateerde WGA-uitkering, die op 20 maart 2011 werd omgezet in een loonaanvullingsuitkering. Het Uwv trok deze uitkering per 25 april 2011 in, omdat appellante minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. De Raad oordeelt dat de onderbouwing van het Uwv voor deze beslissing onvoldoende is, vooral met betrekking tot de diagnose ADHD van appellante. De Raad stelt vast dat er onvoldoende gericht onderzoek is gedaan naar de beperkingen die voortvloeien uit ADHD en dat de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) niet adequaat is aangepast. De Raad wijst op de noodzaak voor het Uwv om de diagnose ADHD serieus te nemen en de gevolgen hiervan voor de FML te onderzoeken. De Raad geeft het Uwv de opdracht om binnen zes weken de gebreken in het bestreden besluit te herstellen, met inachtneming van de overwegingen in deze uitspraak.