Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek tot schadevergoeding af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 6 juni 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Arnhem. De appellant, die sinds 25 juni 2009 arbeidsongeschikt was, had een WIA-uitkering aangevraagd, maar het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) had vastgesteld dat hij niet recht had op een uitkering omdat zijn arbeidsongeschiktheid minder dan 35% was. De rechtbank had eerder het beroep van de appellant ongegrond verklaard, waarbij werd geoordeeld dat het Uwv een zorgvuldige medische beoordeling had verricht. De appellant voerde aan dat zijn klachten, waaronder een posttraumatische stressstoornis (PTSS), niet juist waren gewaardeerd en dat hij volledig arbeidsongeschikt was.
De Raad heeft de argumenten van de appellant in hoger beroep beoordeeld. Hij stelde vast dat de bezwaarverzekeringsarts de beperkingen van de appellant had beoordeeld en dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat het medisch onderzoek zorgvuldig was. De Raad concludeerde dat er geen aanleiding was om te twijfelen aan de geschiktheid van de appellant voor zijn eigen werk en de geselecteerde functies. De rapporten van de behandelend psychiater werden niet als voldoende onderbouwd beschouwd om de conclusie van het Uwv te weerleggen. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en wees het verzoek om schadevergoeding af.
De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldige medische beoordelingen door het Uwv en de noodzaak voor appellanten om voldoende onderbouwing te leveren voor hun claims van volledige arbeidsongeschiktheid. De Raad oordeelde dat de appellant niet in zijn procesbelangen was geschaad en dat de eerdere conclusies van het Uwv en de rechtbank juist waren.