ECLI:NL:CRVB:2014:2087
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- B.J. van de Griend
- K.J. Kraan
- W.J.A.M. van Brussel
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake hoogte nabetaling salaris van een burger ambtenaar bij het Ministerie van Defensie
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant, een burger ambtenaar bij het Ministerie van Defensie, tegen de minister over de hoogte van de nabetaling van zijn salaris na een lange periode van buitengewoon verlof. Appellant was in 1969 aangesteld en kreeg in 1979 verlof voor een functie bij het NATO Airborne Early Warning Programme Management Agency (NAPMA). Na zijn terugkeer in 2006 ontstond er onenigheid over het salarisniveau dat hem toekwam. De minister had aanvankelijk een salaris op schaal 14, trede 7 toegekend, maar appellant stelde dat hij recht had op schaal 18, gebaseerd op een toezegging uit 1979 en de salarissen van vergelijkbare ambtenaren. De rechtbank oordeelde dat de toezegging geen garantie op een bepaald salaris bood, maar enkel een inspanningsverplichting voor de minister om een passende functie te zoeken. De Raad voor de Rechtspraak oordeelde dat de minister het salarisniveau niet correct had vastgesteld en dat schaal 14, trede 10 het meest passend was, gezien de lange periode van verlof en de ervaring van appellant. De Raad vernietigde de eerdere uitspraak en het bestreden besluit van de minister, en kende appellant het juiste salarisniveau toe. Tevens werd de minister veroordeeld in de proceskosten van appellant.