ECLI:NL:CRVB:2014:1975
Centrale Raad van Beroep
- Tussenuitspraak bestuurlijke lus
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over de toekenning van een voorziening voor massagetherapie onder voorwaarden van BIG-registratie
In deze tussenuitspraak van de Centrale Raad van Beroep, gedateerd 12 juni 2014, wordt het bestreden besluit van de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank beoordeeld. Appellant, erkend als vervolgde in de zin van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 (Wuv), had een aanvraag ingediend voor een voorziening voor massagetherapie. Deze aanvraag werd afgewezen op 29 maart 2013, en het bestreden besluit handhaafde deze afwijzing. De Raad oordeelt dat het bestreden besluit onvoldoende zorgvuldig is voorbereid en niet op een deugdelijke motivering berust. Dit is vooral relevant gezien de instemming van de huisarts van appellant met de therapie en het feit dat er een BIG-geregistreerde verwijzer beschikbaar is.
De Raad stelt dat de afwijzing van de aanvraag niet alleen gebaseerd kan zijn op het ontbreken van een BIG-registratie van de massagetherapeute, vooral omdat de therapie kan worden uitgevoerd onder toezicht van een BIG-geregistreerde verwijzer. De Raad verwijst naar eerdere rechtspraak waarin is vastgesteld dat aan de toekenning van een voorziening voor alternatieve therapieën twee voorwaarden zijn verbonden: de therapie moet empirisch zijn getoetst en de behandelaar moet BIG-geregistreerd zijn, tenzij er toezicht is van een geregistreerde verwijzer.
De Raad concludeert dat verweerder niet heeft onderzocht of aan de voorwaarden voor toekenning van de voorziening kan worden voldaan, en draagt verweerder op om binnen acht weken na verzending van deze tussenuitspraak de gebreken in het bestreden besluit te herstellen. De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid in de besluitvorming en de noodzaak om de belangen van de appellant in acht te nemen.