ECLI:NL:CRVB:2013:CA1654
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- T. Hoogenboom
- M.C. Bruning
- I.M.J. Hilhorst-Hagen
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om kwijtschelding studieschuld door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 31 mei 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Utrecht. Appellant, die studiefinanciering heeft ontvangen voor verschillende niet-afgemaakte opleidingen, heeft een verzoek ingediend om kwijtschelding van zijn studieschuld. De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft dit verzoek afgewezen, met als argument dat de situatie van appellant niet voldoet aan de criteria voor kwijtschelding zoals vastgelegd in de Wet studiefinanciering 2000 (WSF 2000). De rechtbank had eerder het besluit van de Minister vernietigd, maar de Raad oordeelde dat de Minister zich terecht had gebaseerd op het advies van zijn medisch adviseur en dat de afwijzing van het verzoek om kwijtschelding gerechtvaardigd was.
De Raad benadrukte dat de situaties waarin de Minister tot kwijtschelding overgaat, zich kenmerken door de onmogelijkheid om nu en in de toekomst nog enig inkomen te verwerven. Appellant had de mogelijkheid om zijn lening om te zetten in een gift, maar zijn situatie werd niet als bijzonder genoeg beschouwd om van het kwijtscheldingsbeleid af te wijken. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank, waarbij de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand zijn gelaten. De Raad zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit voorzitter T. Hoogenboom en de leden M.C. Bruning en I.M.J. Hilhorst-Hagen, in aanwezigheid van griffier J.R. Baas. De beslissing is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.