ECLI:NL:CRVB:2013:BZ4653
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.W. Schuttel
- A.I. van der Kris
- D.J. van der Vos
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van het bestreden besluit inzake WIA-uitkering en toekenning van IVA-uitkering
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 15 maart 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Roermond van 14 december 2010. De zaak betreft een geschil over de toekenning van een WIA-uitkering en de vraag of appellant recht heeft op een IVA-uitkering met terugwerkende kracht. De Raad heeft eerder op 13 juli 2012 een tussenuitspraak gedaan, waarin het Uwv werd opgedragen om nadere informatie te verstrekken. Na ontvangst van deze informatie heeft de bezwaarverzekeringsarts geconcludeerd dat er geen aanleiding was om de WGA-uitkering te wijzigen, maar dat appellant per 1 november 2011 recht had op een IVA-uitkering. Het Uwv heeft dit standpunt overgenomen en de IVA-uitkering toegekend.
De Raad heeft in zijn uitspraak het bestreden besluit en de aangevallen uitspraak vernietigd, omdat de medische grondslag van het bestreden besluit pas in hoger beroep voldoende gemotiveerd was. De Raad heeft bepaald dat de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit geheel in stand blijven, wat betekent dat de eerdere toekenning van de IVA-uitkering per 1 november 2011 gehandhaafd blijft. Tevens is het Uwv veroordeeld in de proceskosten van appellant tot een bedrag van € 2.124,- en moet het Uwv het betaalde griffierecht vergoeden.
De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige motivering van besluiten door het Uwv en de rol van de bezwaarverzekeringsarts in het proces. De Raad heeft vastgesteld dat de door appellant ingediende stukken geen aanknopingspunten bieden voor een eerdere ingangsdatum van de IVA-uitkering dan 1 november 2011. De uitspraak is openbaar uitgesproken en ondertekend door de voorzitter en de griffier.