ECLI:NL:CRVB:2013:BY9326
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van belastingteruggave als inkomen onder de WWB
In deze zaak gaat het om de terugvordering van een belastingteruggave door het college van burgemeester en wethouders van Lelystad, die is aangemerkt als inkomen in het kader van de Wet werk en bijstand (WWB). De Centrale Raad van Beroep behandelt het hoger beroep van appellant, die in 2008 bijstand heeft aangevraagd en in datzelfde jaar recht had op een belastingteruggave van € 2.753,--. De belastingteruggave is vastgesteld door de Belastingdienst op 11 juni 2010 en betreft een teruggave over het jaar 2008. Appellant stelt dat deze teruggave zijn oorsprong vindt in een verlies over het jaar 2005, toen hij nog als zelfstandige werkzaam was en geen bijstand ontving.
De Raad overweegt dat de belastingteruggave moet worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking heeft, in dit geval het jaar 2008. Het feit dat de teruggave voortkomt uit een verlies in 2005 is niet relevant voor de beoordeling. Aangezien appellant in 2008 bijstand heeft ontvangen, moet de belastingteruggave worden aangemerkt als inkomen dat betrekking heeft op de periode waarin bijstand is verleend. De rechtbank heeft het beroep van appellant tegen het bestreden besluit van het college ongegrond verklaard, en de Centrale Raad van Beroep bevestigt deze uitspraak.
De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, waarbij de voorzitter J.J.A. Kooijman en de leden W.F. Claessens en C.H. Bangma aanwezig waren. De beslissing is openbaar uitgesproken op 22 januari 2013. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten, aangezien het hoger beroep niet slaagt.