ECLI:NL:CRVB:2013:923
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag scootmobiel en de zorgvuldigheid van het GGD-advies
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Maastricht, waarin de afwijzing van een aanvraag om een scootmobiel door het college van burgemeester en wethouders van Heerlen aan de orde is. De Centrale Raad van Beroep heeft op 10 juli 2013 uitspraak gedaan in deze zaak, met zaaknummer 11-3730 WMO. De appellant, A. te B., had eerder een aanvraag ingediend die door het college was afgewezen op basis van adviezen van de GGD. De rechtbank had eerder de besluiten van het college vernietigd, omdat de advisering niet voldoende zorgvuldig was geweest. Na deze uitspraak heeft het college opnieuw advies ingewonnen bij de GGD, maar de Raad oordeelt dat het GGD-advies van 22 december 2010 voldoende zorgvuldig tot stand is gekomen. De Raad concludeert dat het college het advies van de GGD aan zijn besluitvorming ten grondslag heeft kunnen leggen. De rechtbank heeft in haar uitspraak terecht geoordeeld dat er geen reden is om aan de totstandkoming of de inhoud van het GGD-advies te twijfelen. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het hoger beroep van appellant af. Er zijn geen gronden voor een veroordeling in de proceskosten.