ECLI:NL:CRVB:2013:2988
Centrale Raad van Beroep
- Tussenuitspraak bestuurlijke lus
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over de omvang van de indicatie voor ondersteunende begeleiding en begeleiding in het kader van de AWBZ
In deze zaak gaat het om een tussenuitspraak van de Centrale Raad van Beroep met betrekking tot de indicatie voor ondersteunende begeleiding en begeleiding in het kader van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Appellante, geboren in 1930, heeft op 7 december 2009 een aanvraag ingediend bij het CIZ voor voortzetting van zorg. Het CIZ heeft in eerdere besluiten indicaties gegeven voor ondersteunende begeleiding en begeleiding in verschillende klassen, maar de appellante heeft in hoger beroep gesteld dat het CIZ niet voldoende onderzoek heeft gedaan naar haar medische beperkingen. De Raad heeft vastgesteld dat het CIZ niet heeft voldaan aan zijn onderzoeksplicht, aangezien er aanwijzingen waren voor beperkingen ten gevolge van een psychiatrische aandoening, maar er geen volledig onderzoek heeft plaatsgevonden. De Raad heeft het bestreden besluit van het CIZ als onvoldoende zorgvuldig en gemotiveerd beoordeeld en opgedragen om het gebrek binnen twee maanden te herstellen. De uitspraak is gedaan op 4 december 2013, na een zitting op 11 september 2013 waar appellante niet aanwezig was, maar CIZ vertegenwoordigd was door een advocaat. De Raad heeft de termijn voor herstel van het besluit vastgesteld op twee maanden na de tussenuitspraak.