Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot het vergoeden van wettelijke rente af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam, die op 14 augustus 2012 het beroep ongegrond verklaarde. Appellant, die als afwasser/steward werkte, is sinds 11 maart 2007 uitgevallen door fysieke en psychische klachten. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) heeft vastgesteld dat appellant per 8 maart 2009 geen recht had op een uitkering op basis van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA). Appellant werd belastbaar geacht conform de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van 5 februari 2009, maar niet geschikt voor zijn maatgevende functie. Wel werd hij geschikt geacht voor andere functies, zoals productiemedewerker en medewerker tuinbouw.
Na een ziekmelding op 14 februari 2011, heeft een verzekeringsarts appellant per 8 april 2011 geschikt geacht voor de eerder genoemde functies. Het Uwv heeft vervolgens vastgesteld dat appellant geen recht meer had op ziekengeld. Het bezwaar dat appellant hiertegen indiende, werd door het Uwv ongegrond verklaard. De rechtbank Amsterdam heeft in de aangevallen uitspraak de zorgvuldigheid van het medische onderzoek bevestigd en het beroep ongegrond verklaard.
In hoger beroep herhaalt appellant zijn standpunt dat hij door zijn lichamelijke en geestelijke beperkingen niet in staat is om te werken. Hij wijst op zijn alcoholverslaving, die volgens hem onvoldoende is meegewogen. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het medisch onderzoek zorgvuldig is uitgevoerd en dat er geen nieuwe medische gegevens zijn die de eerdere conclusies van de bezwaarverzekeringsarts kunnen ondermijnen. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het verzoek om vergoeding van wettelijke rente af. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.