ECLI:NL:CRVB:2013:2816
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- H.J. de Mooij
- M.F. Wagner
- B.J. van der Net
- Rechtspraak.nl
Weigering indicatie Zorgzwaartepakket VG07 op basis van gedragsproblematiek
In deze zaak gaat het om de weigering van de appellant om in aanmerking te komen voor het Zorgzwaartepakket VG07. De Centrale Raad van Beroep heeft op 4 december 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage. De appellant, die aanzienlijke verstandelijke en psychische beperkingen heeft, had eerder een indicatie gekregen voor Zorgzwaartepakket VG07, maar CIZ heeft deze indicatie bij besluit van 16 augustus 2010 gewijzigd naar ZZP VG06, omdat zij van mening was dat de gedragsproblematiek van de appellant met reguliere middelen kon worden behandeld.
De rechtbank heeft het beroep van de appellant tegen het besluit van CIZ ongegrond verklaard, waarbij zij het standpunt van CIZ heeft onderschreven. De rechtbank baseerde haar oordeel op een medisch advies dat stelde dat de gedragsproblematiek van de appellant met reguliere middelen kon worden behandeld, mits er een veilige en gestructureerde omgeving werd geboden. De appellant heeft in hoger beroep betoogd dat zijn gedragsproblematiek niet met reguliere middelen kan worden behandeld, en dat hij recht heeft op de indicatie voor ZZP VG07.
De Centrale Raad van Beroep heeft de argumenten van de appellant echter niet overtuigend gevonden. De Raad heeft vastgesteld dat de voorwaarden voor een indicatie voor ZZP VG07 niet zijn vervuld, met name de voorwaarde dat er sprake moet zijn van chronische ernstige gedragsproblematiek die niet met reguliere middelen kan worden behandeld. De Raad heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigd en het verzoek van de appellant om vergoeding van renteschade afgewezen. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.