ECLI:NL:CRVB:2013:2361
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- K.J. Kraan
- E.J.M. Heijs
- C.H. Bangma
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van functievolgerschap in het kader van ambtenarenrechtelijke geschillen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 7 november 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage. De zaak betreft een geschil tussen appellante, werkzaam bij de [naam Inspectie], en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het functievolgerschap na een reorganisatie. Appellante was sinds 2007 werkzaam in een functie die door de reorganisatie werd beïnvloed. In een brief van 22 juli 2011 werd appellante geïnformeerd over haar status als functievolger, maar de minister heeft later besloten haar in een andere functie te plaatsen, wat appellante betwistte.
De Raad oordeelde dat de brief van 22 juli 2011 geen besluit was, maar een informatief schrijven. Dit betekende dat appellante tijdig bezwaar had gemaakt tegen het latere besluit van de minister om haar in een andere functie te plaatsen. De Raad stelde vast dat de minister ten onrechte de stelling van appellante over het functievolgerschap niet had betrokken in zijn beoordeling. De rechtbank had dit niet onderkend, waardoor de aangevallen uitspraak voor vernietiging in aanmerking kwam.
De Raad vernietigde het bestreden besluit van de minister voor zover het betrekking had op het besluit van 6 december 2011, maar bepaalde dat de rechtsgevolgen van het vernietigde deel in stand blijven. De Raad oordeelde dat de taken van de oude functie voor meer dan 75% terugkwamen in de nieuwe functie, wat de minister op goede gronden als functievolger had aangemerkt. Tevens werd de minister veroordeeld in de proceskosten van appellante, die in totaal € 1.888,- bedroegen.