ECLI:NL:CRVB:2013:2260
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.S. van der Kolk
- A.I. van der Kris
- K. Wentholt
- Rechtspraak.nl
Weigering WIA-uitkering op basis van arbeidsongeschiktheid
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 30 oktober 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep over de weigering van een WIA-uitkering aan appellant, die zich arbeidsongeschikt had gemeld vanuit zijn werk als grondkabellegger. Appellant had zich op 19 januari 2009 arbeidsongeschikt gemeld vanwege lichamelijke en psychische klachten en diende op 1 februari 2011 een aanvraag in voor een WIA-uitkering. Het Uwv concludeerde na onderzoek dat appellant minder dan 35% arbeidsongeschikt was en wees zijn aanvraag af. Appellant ging in beroep tegen deze beslissing, maar de rechtbank Rotterdam verklaarde het beroep ongegrond, wat leidde tot het hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep.
De Raad heeft de overwegingen van de rechtbank bevestigd en geoordeeld dat het bestreden besluit van het Uwv op een deugdelijke grondslag berustte. Appellant herhaalde in hoger beroep zijn bezwaren, maar de Raad oordeelde dat er geen aanleiding was om de medische situatie van appellant nader te laten onderzoeken door een onafhankelijk deskundige. De Raad wees het verzoek van appellant om aanhouding af, omdat hij pas eind september 2013 een nieuwe psychiater zou bezoeken, terwijl de zaak betrekking had op de situatie van januari 2011. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en bevestigde de uitspraak van de rechtbank.
De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldig medisch onderzoek en de noodzaak voor appellanten om tijdig en adequaat bewijs te leveren voor hun claims. De Raad heeft geen proceskostenveroordeling opgelegd, aangezien er geen aanleiding voor was.